Ondanks dat de opkomst bij de Provinciale Statenverkiezingen dit jaar iets hoger lag dan voorgaande jaren, gaat er nog steeds een groot deel van het land niet naar de stembus. In maart 2022 lag de opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen historisch laag. EMMA ging in vijf gemeenten met een lage opkomst in gesprek met niet-stemmers én stemmers. Wat waren hun motieven? Is het nodig om de opkomst de volgende keer te verhogen? En wat is daarvoor nodig?  

Meer dan boos en afgehaakt 

De ‘boze’ of ‘afgehaakte’ burger. Je hoort deze termen vaak als het over de lage opkomst bij verkiezingen gaat. Marianne van Bochove is een van de EMMA’s die onderzoek heeft gedaan naar de motieven van niet-stemmers. Het viel haar op dat deze labels te makkelijk worden gebruikt. Vaak waren er namelijk meerdere redenen waarom mensen niet hebben gestemd.  

Bovendien suggereert de term ‘afgehaakt’ dat mensen niet meedoen in de samenleving terwijl veel niet-stemmers juist actief in hun eigen buurt zijn en zo een verschil proberen te maken. Wat zegt dit over de argumenten en de rol van het bestuur in de directe leefomgeving? En welke inzichten kunnen we halen uit de gesprekken met bewoners? 

De straat op 

De focus lag vooral op kwalitatief onderzoek door middel van veldwerk in vijf gemeenten: Almere (Poort), Den Haag (Laakkwartier en Spoorwijk), Den Helder, Oldambt en Weert. Hiervoor interviewden we lokale sleutelfiguren zoals wijkprofessionals, gemeenteambtenaren en actieve bewoners. Maar de straatgesprekken met bewoners in deze vijf gemeenten vormden de basis. Bij supermarkten, stations en woonwijken zochten we mensen op met twee belangrijke vragen: heb je gestemd en waarom wel of niet? 

Geen interesse 

In gesprek met bewoners zien we vaak terugkomen dat mensen geen interesse hebben in de politiek. Veel van de respondenten geven aan onverschillig te staan tegenover de (lokale) politiek. Een vrouw uit Almere Poort, die via haar eigen bedrijf bijles geeft, voegt daar het volgende aan toe: ‘Mensen zijn in Poort weinig betrokken bij hun buurt en bij de school. Ook niet zo gek, wonen is hier duur en alles wordt steeds duurder, dus die mensen moeten de hele dag werken.’  

Volgens lokale sleutelfiguren wordt zo’n apolitieke houding vaak van generatie op generatie overgedragen. Daarom stellen zij dat het belangrijk is om ook jongeren te betrekken. Door bijvoorbeeld meer aandacht aan politiek te besteden op school op een laagdrempelige en tastbare manier. En ook hier weer is het van belang om concreet te zijn in hoe je de politiek terugziet in ‘het echte leven’.  

Gemeenten zien dit als een belangrijk signaal om hier iets aan te doen: ‘Je moet de schuld of zwakheid [als gemeente] bij jezelf zoeken’, zegt een gemeenteambtenaar uit Den Haag. 

Geen vertrouwen 

Gemeenten trekken zich ook het veelvoorkomende argument aan dat er geen vertrouwen is in de lokale en/of landelijke politiek en overheid. Hierbij valt op dat lokale kwesties (zoals conflicten in de gemeenteraad van Den Helder of de Floriade in Almere) en landelijke problematiek (zoals corona, stikstofbeleid, toeslagenaffaire) vaak in één adem worden genoemd. ‘Politici komen hun beloftes niet na. Ze beloven ons dat ze de armen gaan helpen, maar doen dat nooit. De arme mensen worden steeds armer, er zijn steeds minder sociale woningen en levenskosten worden steeds duurder. Bovendien moet ik ook nog mijn studieschuld terugbetalen’, geeft een man uit Den Haag aan.

Niet-zichtbaar en niet-benaderbaar 

Hoe verschillend de onderzochte gemeenten ook zijn, opvallend is dat er overal groepen bewoners zijn die zich niet gezien voelen door lokale politici. Bijvoorbeeld omdat er geen aandacht wordt gegeven aan achtergestelde wijken of omdat beloftes niet worden nagekomen. Hiermee samenhangend ervaren deze bewoners politici ook als niet-zichtbaar en niet-benaderbaar. ‘Je ziet ze nooit en dan voor de verkiezingen zie je ze vier weken’, zegt een vrouw uit Weert, die overigens zelf wel gestemd had, maar het eens was met de kritiek van niet-stemmers in haar omgeving. 

Hoe beleef je politiek? 

Dat zien we vaker in dit onderzoek. Mensen die wel hebben gestemd, vaak uit plichtsgevoel, herkennen zich in de redenen die niet-stemmers geven. Volgens Marianne geeft dit aan hoe belangrijk het is om onderliggende redenen van niet-stemmers én stemmers te onderzoeken. ‘In de straatgesprekken gaat het over hoe mensen politiek zelf beleven. Het gaat er niet om of die politicus echt maar een enkele keer per jaar in de wijk komt of vaker, maar om hoe mensen het ervaren in hun eigen leefomgeving. Dat levert belangrijke inzichten op voor de politiek.’ 

Verbinding tussen bewoners en bestuur 

In de vertaalslag naar de aanbevelingen merkt Marianne dan ook op dat het om meer moet gaan dan alleen het focussen op het verhogen van de opkomst bij de aankomende verkiezingen. ‘Eigenlijk gaat het gesprek vooral over de verbinding tussen bewoners en bestuur. Waarom is er een kloof? En waarom vinden we het erg dat de opkomst bij verkiezingen laag is? Want hoe tevreden kun je zijn als de opkomst een volgende keer wel wat hoger is, maar mensen nog steeds geen vertrouwen hebben dat hun stem telt en dat de overheid er voor hen is?’  

Concrete beloftes 

De politiek is aan zet. De relatie tussen bewoners en lokale politici moet beter. Mensen voelen zich niet gezien en gehoord en missen vaak de connecties om wel met politici in gesprek te komen. Daarom is het belangrijk dat politici vaker hun gezicht laten zien en écht luisteren naar bewoners. Daarbij is het ook belangrijk dat ze hun beloftes concreet maken en waarmaken. ‘Men wil geen abstracte termen rond verkiezingstijden. Het komt neer op het volgende: wat kun je concreet betekenen voor deze wijk?’ zegt een medewerker van de gemeente Den Haag.  

Om bewoners meer te betrekken bij de lokale politiek kunnen belangrijke ‘intermediairs’, zoals lokale sleutelfiguren die actief zijn binnen wijkraden, bewonersinitiatieven en buurthuizen, beter benut worden. Daarnaast kunnen lokale omroepen en (wijk)kranten ook bijdragen aan een betere informatievoorziening.

Waarde van luisteren 

Een belangrijk inzicht uit het onderzoek ook voor Marianne is: de waarde van luisteren. ‘Ik vond het heel mooi om te zien dat mensen graag hun verhaal wilden doen en blij waren dat er iemand was om te luisteren, zonder oordeel. Dat raakte mij ook. De opkomst bij de volgende verkiezingen verhogen, dat lukt niet zomaar. Maar met er zijn en luisteren naar wat er gaande is, maak je een belangrijke eerste stap.’

Ben je benieuwd naar het hele onderzoek? Dat lees je hier.

 

Gemaakt door
Oglaya heeft zwart, krullend haar. Ze draagt een blauwe blouse en een zwarte bril.

Oglaya Doua

redacteur – nieuwsgierig – enthousiast
Gelijke kansen en Gelijkwaardigheid
Zorg en Sociaal domein
Foto van Marianne van Bochove. Marianne is een witte vrouw met halflang bruin haar en bruine ogen. Marianne draagt een bril met ronde glazen en een geel vestje met een groen shirt eronder.

Marianne van Bochove

onderzoeker – socioloog – tegendraadse bruggenbouwer
Gelijke kansen en Gelijkwaardigheid

EMMA-nieuwsbrief

Altijd op de hoogte?