Hoe verbeelding verandering mogelijk maakt
Hoofdafbeelding
Jan Kamensky
Het debat over klimaatverandering maakt verschillende fases door. Eerst was de vraag of de aarde wel echt opwarmt en in hoeverre dat door menselijk handelen komt. Daarna ging het lange tijd over wat wij daaraan kunnen veranderen. En nu, in 2024, gaat het vooral over: wat gaat het ons kosten? En wie betaalt de rekening? Een belangrijk gesprek. Maar wat gebeurt er als we de focus verleggen? In twee artikelen verkent EMMA’s Nina Breedveld een nieuwe fase van denken over klimaatbeleid. Van ‘wat gaat het kosten’, naar: wat kan het ons opleveren? En hoe belangrijk verbeelding is om van het hier naar het straks te komen.
Stel je voor dat Nederland in de toekomst succesvolle klimaatmaatregelen heeft geïmplementeerd. Hoe ziet dat er dan uit? Welke voordelen ervaren we in ons dagelijks leven? Nina sprak hierover met dr. Joost Vervoort, universitair hoofddocent aan de Universiteit Utrecht en expert op het gebied van toekomstdenken en verbeelding. Hij legt uit waarom het cruciaal is om deze vragen nu al te stellen.
De kracht van verbeelding
"Verbeelding is onlosmakelijk verbonden met ons handelen", zegt Vervoort. We zijn altijd aan het verbeelden. Het is onderdeel van onze realiteit. Maar in klimaatbeleid ligt de focus nog vaak op doemscenario’s: verlies, pijn, en wat straks niet meer kan of mag. Dit komt volgens Vervoort door onze natuurlijke negativity bias. “Evolutionair gezien is het logisch. Als je alleen maar droomt van wat mogelijk is, kan je in gevaar komen. Maar pessimisme belemmert in dit geval vooruitgang.” Daarom pleit Vervoort voor een ‘positivity-bias’ in klimaatbeleid: “We kunnen mensen veel beter motiveren door hen te laten zien wat ze kunnen winnen, in plaats van wat ze verliezen."
Kunstenaar Jan Kamensky maakt animaties van wereldsteden waarin auto's plaatsmaken voor ruimte en groene oases. Daarmee wil hij laten zien hoe de steden er in de toekomst uit zouden kunnen zien. In onderstaande animatie gebruikt hij Rotterdam als voorbeeld.
Een dag in 2050
Stel je voor: Nederland over dertig jaar. Misschien dat het er heel anders uitziet dan nu, maar dat kan ook iets positiefs betekenen. Wat als onze steden dan minder afhankelijk zijn van auto’s en meer ruimte bieden voor groen, natuur en mensen? Als de lucht die we inademen schoon is, en we overal veilig kunnen fietsen en wandelen? Ons voedsel wordt lokaal geproduceerd en geconsumeerd, wat niet alleen de ecologische voetafdruk vermindert, maar ook de lokale economie versterkt.
Volgens Joost zijn deze positieve toekomstbeelden cruciaal. Ze zijn niet alleen inspirerend, maar ook noodzakelijk om de kloof tussen ambitie en uitvoering te overbruggen. Door de focus te verleggen naar de voordelen en kansen van een groene transitie, kunnen we een nieuwe dynamiek creëren én mensen in beweging krijgen. Want: "Als je je niet kunt voorstellen hoe een betere wereld eruitziet, heb je ook niets om naar toe te werken."
Samen toekomstbeelden schetsen tijdens burgerberaden
Hoe kun je die positieve toekomstbeelden een gezicht geven? Dit is iets waar EMMA op dit moment soms al mee experimenteert bij de burgerberaden die we organiseren. Hierbij adviseert een gelote groep burgers de (lokale) overheid over ingewikkelde vraagstukken waarbij keuzes en afwegingen gemaakt moeten worden. In Rotterdam was EMMA recent betrokken bij een burgerberaad over klimaat, in Amsterdam stond het zwerfafvalprobleem centraal, en in Haarlem organiseert EMMA nu een burgerberaad over parkeren. Tijdens deze bijeenkomsten moedigen we deelnemers regelmatig aan om na te denken over de toekomst en wat zij daarin belangrijk vinden. aan om na te denken over de toekomst en wat zij daarin belangrijk vinden. aan om na te denken over de toekomst en wat zij daarin belangrijk vinden.
Deelnemers tijdens de tekenopdracht bij het burgerberaad in Amsterdam.
In Amsterdam werden deelnemers bijvoorbeeld gevraagd om hun idee of ideaalbeeld van een ‘schone stad’ te tekenen. Het resultaat waren veel tekeningen van schone, groene straten met ruimte om te wandelen, fietsen en spelen. In Haarlem werd het burgerberaad tijdens een oefening toekomstdenken gevraagd om na te denken over de vraag: Hoe ziet Haarlem er in 2050 uit? Hoe beweeg je jezelf door de stad? En vervolgens: Wat betekent dit dan voor parkeren in Haarlem? Dit soort werkvormen helpen om de verbeeldingskracht van mensen te prikkelen en om het gesprek te voeren over wensen voor de toekomst. Om van daaruit concrete adviezen te formuleren voor het hier en nu.
Eén van de tekeningen van een groepje bij het burgerberaad ‘Schone stad’ in Amsterdam. Links het ’nu’, rechts het ideaalbeeld.
Concrete voorbeelden creëren
Naast samen nadenken over de toekomst, stelt Joost dat concrete voorbeelden heel effectief zijn. Hij verwijst naar het voorbeeld van Canadezen die Nederland bezoeken en daarna ineens thuis ook fietspaden willen. Dergelijke voorbeelden laten mensen zien dat de overgang naar een duurzame samenleving mogelijk is, en dat het geen utopie hoeft te blijven. Ze maken verandering tastbaar.
In het volgende vergezichten-artikel besteedt Nina aandacht aan dit soort concrete, positieve voorbeelden van projecten die laten zien wat duurzaamheidsbeleid ons kan opleveren. Wat gebeurt er allemaal al in Nederland? En hoe werken we hieraan binnen de projecten van EMMA?