'Small village, great people,' zo luidt de openingszin van Elsendorp-online.nl, de site waar het Brabantse dorpje Elsendorp reclame maakt voor zichzelf. Er is geen woord aan gelogen. Het dorp "jeukt" van de ondernemingszin. Een eigen zorgvoorziening, een prachtige multifunctionele accommodatie, een geweldig actief vrijwilligersleven. Een wijkonderneming at large lijkt geboren. Iets meer dan duizend inwoners, die samen de lokale overheid zo goed als overbodig lijken te maken.

Zeggen dat Elsendorp een dorp is waar veel gebeurt, is een kolos van een understatement. In dit dorp is een groep bevlogen inwoners al jaren actief om de levensvatbaarheid van het dorp hoog te houden. De meesten zijn al jaren (zo niet decennia) actief, anderen zijn recentelijk bij de activiteiten van het dorp betrokken.

Elsendorp is enerzijds een verhaal van een ambitieus en zelfbewust dorp. Een lokaal verhaal. Tegelijkertijd is het echter een verhaal van een dorp in de grote wereld; een dorp dat snapt dat het in een netwerksamenleving acteert. Een dorp dat drommels goed in de gaten heeft, dat de bestaande verhoudingen tussen overheid, maatschappelijk middenveld en burger drastisch aan het veranderen zijn in dit land.

'Zeggen dat Elsendorp een dorp is waar veel gebeurt, is een kolos van een understatement'

Van een overheid die als verzorgingsstaat alomtegenwoordig was op het brede gebied van welvaart en welzijn, gaan we nu naar een overheid die zich bezint op haar kerntaken. Een terugtredende overheid, die meer en meer initiatief overlaat aan betrokken inwoners in

Die nieuwe rol heeft tot gevolg dat burgers in Nederland meer zelf moeten gaan doen. Denk bijvoorbeeld aan de mantelzorg. Aan kleine activiteiten rond leefbaarheid. En aan het zelf onderhouden van plantsoenen. Op sommige plekken in Nederland komt dat redelijk van de grond. Op andere plekken ontstaat een nieuwe vorm van zorg. En op weer andere plekken werkt de gemeenschap aan een brede school. Of aan verduurzaming van energiebehoeften. Op heel weinig plekken bouwen inwoners zelf een nieuwe wijk. In Elsendorp gebeurt dat allemaal wel.

'De sociale cohesie die in Elsendorp zo gewoon lijkt, is in de rest van Nederland zoek'

En dat in een tijd, waarvan Joep de Hart (2007) stelt dat in Nederland breed gevoeld wordt dat er toch wel erg weinig "samen" is. Een tijd waarin de overheid een gebrek aan sociale cohesie constateert. In een land, waarin de nieuwe koning bij zijn inhuldiging aangeeft dat (ook) hij vooral ‘mensen wil verbinden’. Sociale cohesie (die in Elsendorp zo gewoon lijkt te zijn) is in de rest van Nederland zoek.

Om het geheim van Elsendorp te ontrafelen, verbleef ik vorig jaar regelmatig in het Brabantse dorp. Om uit te zoeken hoe het toch kan dat de sociale cohesie daar zo sterk – en ook zo vanzelfsprekend – is. In Elsendorp zijn familiebanden hecht, worden netwerken – binnen én buiten het dorp – goed onderhouden en zijn veel vrijwilligers actief die bovendien dubbelfuncties vervullen. Wat is hun sleutel tot succes?

Mijn indrukken en conclusies schreef ik op. Een vertoog over nieuwe, mondige burgers, die eigen oplossingen formuleren en niet meer automatisch luisteren naar de overheid. Als de overheid niet snel genoeg reageert, dan organiseert die burger het zelf wel. Zoals in Elsendorp in de praktijk wordt bewezen. Ik is Niks vertelt dit verhaal.

Download Ik is Niks.

Gemaakt door
Foto van Ton Baetens. Ton is een witte man met golvend kort zwart haar, donkere ogen en een donker baardje. Hij draagt een zwarte bril en heeft verder een wit overhemd aan en een donkergrijze colbert.

Ton Baetens

historicus & bestuurskundige - tegendraads - partner EMMA
Ruimte en Wonen