Interbestuurlijk samenwerken? De responsieve overheid? De kloof tussen overheid en burger? Dan kan Europa natuurlijk niet ontbreken! EMMA's Bestuur & Governance nerds wilden wel eens zien hoe het in Europa werkt met commissies, lobbygroepen en de rol van de Nederlandse overheden aldaar. En zo togen ze in alle vroegte op woensdagochtend naar Brussel.

Wij zagen…

Op een vierkante kilometer alle Europese instituten bij elkaar. Wie de EU een beetje kent, weet dat je in en om het Schumanplein moet zijn (genoemd naar Robert Schuman, die als grondlegger van de Frans-Duitse verzoening gezien wordt als grondlegger van wat we nu de Europese Unie noemen). Wij spraken met de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de EU (PV) over het proces van interdepartementale afstemming: het onderlinge overleg tussen verschillende ministeries (departementen), dat plaatsvindt zodra er nagedacht moet worden over het standpunt van Nederland bij een specifiek beleidsonderwerp. Dit varieert van informeel aftasten en gedachtevorming tot het opschrijven van het Nederlandse standpunt in een formeel document. “De Instructie”, waarmee de PV de onderhandelingen ingaat.

Wat ons vooral fascineerde, is of hierbij wordt meegenomen hoe Europees beleid uitpakt op regionaal en lokaal niveau. Vooral omdat dit afstemmingsproces plaatsvindt op Rijksniveau, waardoor geluiden van provincies of gemeentes mogelijk minder makkelijk doorklinken. Dit terwijl wet- en regelgeving uit Brussel het beleid van deze decentrale overheden hard kan raken. Het is dan ook niet voor niets dat bijvoorbeeld de provincies hun eigen, gezamenlijke lobby voeren in Brussel. Dat doen zij – daar waar het gaat om gemeenschappelijke belangen – via het Huis van de Nederlandse Provincies, waar wij ook te gast waren. 

Wij namen mee…

Het Brusselse spel is een spel voor insiders. Een woordzoekerspuzzel met termen als "sneuveltop", "inception impact assessment" en het door de Commissie net gepubliceerde "Just Transition Fund" was na afloop snel gemaakt. Maar alle gekheid op een stokje: de grote uitdaging is natuurlijk of en hoe je Europese beleidsprocessen kunt beïnvloeden (en in welke fase), en daarmee: hoe je signalen uit de uitvoering van overheden, maatschappelijke organisaties of burgers op de juiste tafel kunt krijgen.

Een belangrijke take away voor ons was in ieder geval dat de EU op een wetgevingsmachine lijkt, waarbij het de vraag is of er voldoende kanalen zijn waar de wensen en zorgen van kiezers – van Boekarest tot Dublin – vertolkt worden. Dat maakt het recent gelanceerde initiatief van de Conference of Europe ook zo interessant. Is dat een serieuze poging om toch die brug te slaan naar de burger, die Europeaan, die toch al het gevoel heeft dat Brussel zo ver van hem of haar af staat? Of is dat in het geweld van vertegenwoordigde bestuurslagen, lobbygroepen, landelijke belangen en ngo’s eigenlijk een onmogelijke opgave?