Je staat er niet altijd bij stil. Maar miljarden regels softwarecode dragen de online netwerksamenleving anno 2021. Achter deze enorme bak code schuilt een groot aantal ontwikkelaars die op dagelijkse basis en in wisselende samenwerking deze code schrijft, recombineert en aanpast waar nodig. Op verzoek van BZK bracht EMMA de ‘leefwereld’ van open source ontwikkelaars in beeld om te achterhalen wat het vraagt van de overheid om daarop beter aan te kunnen sluiten. 

Veranderde wereld  

Na de opkomst van de eerste PC’s in de jaren 70 van de vorige eeuw, zochten ontwikkelaars elkaar op om vrije besturingssystemen te ontwikkelen. Zij richtten de Free Software Foundation op en droegen bij aan de eerste open source Linux-kernel. In die tijd ontstond ook het stereotype van open source ontwikkelaars als hobbyisten die vanuit zolderkamers en slaapkamers code ontwikkelen. De werkelijkheid was echter dat al vanaf de jaren 90 van het vorige millennium veel open source software ontwikkeld werd door vooral professionele ontwikkelaars bij grote organisaties. Tegenwoordig vormt open source code een cruciale basis van bijna alle (closed) softwareontwikkeling door (tech)bedrijven wereldwijd.    

Potentieel blijft onbenut 

Staatssecretaris Knops riep overheden in 2020 op om broncode van software zo veel mogelijk te delen en beschikbaar te stellen aan de samenleving. In zijn ogen levert dit niet alleen een aanzienlijke kostenreductie op, maar vergroot het ook de kwaliteit en veiligheid van de code, en stimuleert het een meer open cultuur van samenwerking. Tegelijkertijd constateerde hij dat overheden nog maar beperkte praktijkervaringen hebben met en kennis van open source communities die open code ontwikkelen.  

Onderzoeksvraag 

Het ministerie vroeg EMMA een kwalitatief onderzoek te doen naar ‘open source communities’. Om zo meer inzicht te krijgen in wat open source ontwikkelaars drijft, hoe zij zich organiseren in communities, en hoe deze zich ontwikkelen en worden onderhouden. Met speciale aandacht voor de vraag welke ervaringen en verwachtingen er zijn ten aanzien van samenwerking van open source ontwikkelaars met overheden. Het onderzoek omvatte een literatuurstudie, een online analyse, en afname van bijna 25 interviews met ontwikkelaars, onderzoekers, ambtenaren en journalisten. 

Inzichten 

Het onderzoek geeft een bijzonder doorkijkje in de verschillende perspectieven van insiders en outsiders op het fenomeen ‘open source’. We onderscheiden een aantal rode draden. Een daarvan is dat dé open source community niet bestaat. Het is niet één grote gemeenschap van individuen en hechte onderlinge verbanden, maar veel meer een caleidoscopische verzameling van grotere en kleinere eilandjes. Een tweede is dat dé open source ontwikkelaar niet bestaat. Ontwikkelaars kennen heel uiteenlopende motivaties om software al dan niet open source te ontwikkelen. We onderscheiden vier typen ontwikkelaars: de idealisten, de liefhebbers, de carrièretijgers, en de commerciëlen. Juist de mix maakt dat open source ‘werkt’. Een derde rode draad is dat open source veel meer is dan alleen mooie code. Het is evenzeer de uitdaging om deze te koppelen aan licenties en om levendige communities te vormen. Een vierde rode draad is dat open source werken een andere mindset van de overheid vraagt. Minder angst om los te laten en om fouten te maken. En om open source een vlucht te laten nemen, vraagt het ook een andere manier van aanbesteden van overheden.  

Adviezen 

  • Naar aanleiding van ons onderzoek, stelden we de volgende adviezen op: 
  • Agendeer de noodzaak om anders aan te besteden 
  • Vergroot de kennis over open source bij overheden 
  • Stimuleer praktijkervaringen bij overheden 
  • Positioneer open source nog sterker als standaard 
  • Stimuleer verbinding tussen overheid en open source 
  • Daag ontwikkelaars uit 
  • Breng het ecosysteem van open source in beeld 

Het hele rapport lezen? Je vindt het onderzoeksrapport op de website van de Rijksoverheid.  

Gemaakt door
Foto van Linda de Veen. Linda is een witte vrouw met lang, rood, krullend haar en lichte ogen. Ze heeft een donkergroene colbert aan en een grijs shirt.

Linda de Veen

Veiligheid & criminaliteit – media-analyse – onderzoek & redactie
Veiligheid en Criminaliteit
Foto van Ton Baetens. Ton is een witte man met golvend kort zwart haar, donkere ogen en een donker baardje. Hij draagt een zwarte bril en heeft verder een wit overhemd aan en een donkergrijze colbert.

Ton Baetens

historicus & bestuurskundige - tegendraads - partner EMMA
Ruimte en Wonen