Al veertig jaar is de overheid op verschillende manieren en onder verschillende gesternten in gesprek met de samenleving. De veranderingen in de maatschappij zijn enorm, de dynamiek in het gesprek tussen overheid en samenleving is bijna onveranderd.

We gaan terug in de tijd: 1973 – de eerste oliecrisis. Er komt een besef dat fossiele brandstoffen eindig zijn en dat er wellicht een energietransitie nodig is. Na de tweede oliecrisis in 1979 is het nog duidelijker dat er iets moet gebeuren. Kernenergie lijkt de oplossing. Daar is veel weerstand tegen, er ontstaat het idee de samenleving te vragen hoe zij over dit vraagstuk denkt.

De grote vervolgvraag: hoe doe je dat? Nog nooit heeft de overheid op grote schaal met de samenleving gepraat. Zou je dat via enquêtes moeten doen, via interviews, via politieke partijen? Het wordt de Brede Maatschappelijke Discussie. Jan Terlouw, minister van EZ namens D66, is de opdrachtgever. Hij stelt een commissie in onder leiding van Jonkheer De Braauw. Er wordt een budget van 15 miljoen gulden vrijgemaakt.

Onmiddellijk is er kritiek: dit is geen manier om draagvlak te creëren. De voorzitter is niet onpartijdig. Mensen denken dat de uitkomst al bij voorbaat vaststaat.

Grootse aanpak 

De aanpak is groots. De eerste fase, de informatiefase, duurt een jaar. Er komen 4.000 serieuze reacties per post, met 400 mensen wordt verder gepraat tijdens een hoorzitting en er worden honderden informatieavonden gehouden. Door de overheid, maar ook door allerhande organisaties die subsidie ontvangen om iets te organiseren. De kritiek blijft en mensen vinden het te lang duren.

Tegenstanders van het protest richten een alternatief traject in. Na een jaar is er een tussenrapport als startpunt voor de discussiefase, die ook een jaar zou duren. Eind 1983 komt het eindrapport met de duidelijke conclusie, de samenleving zegt ‘nee’ tegen kernenergie.

Foto van een kringgesprek in Wateringen in 1983

Ook Wateringen doet mee aan de Brede Maatschappelijke Discussie in 1983.

 

Lubbers is inmiddels premier en heeft het geduld niet om het rapport af te wachten én een oneindig geloof in kernenergie. Hij besluit voortijdig dat de Nederlandse kerncentrales openblijven. Een nieuwe storm van kritiek laait op. Door de duidelijke conclusies is alle strijd tijdens het proces vergeven en vergeten en verenigt het de deelnemers. De ramp in Tsjernobyl in 1986 is uiteindelijk de echte gamechanger.

Opvallend zijn de parallellen tussen toen en nu in de kritiek:
- Het beleid is allang klaar
- Het kennisniveau van de deelnemers is te laag/niet gelijk
- De dialoog laat zich moeilijk inkaderen, mensen volgen hun eigen agenda.

Symboolwerking

Maar ook de symboolwerking van sommige onderwerpen, en de kansen die dat biedt voor protest, lijken van alle tijden. Kernenergie stond in de jaren 80 symbool voor de angsten van die tijd: grenzeloos kapitalisme, imperialisme, de opkomende macht van de technologie en ontwrichting van de natuur. En ook in onze tijd zien we dat discussies symbool kunnen staan voor onderstromen in de samenleving.

Interactieve jaren 90

Na dit eerste experiment in de jaren 80 duurt het even voordat de overheid weer echt in gesprek gaat. Eind jaren 90 gaat de Commissie Wallage aan het werk. Zij spreken van interactieve beleidsvorming en de mogelijkheden die de overheid moet gaan benutten om de kennis van de samenleving te gebruiken bij het maken van beleid.

Internet zou daar weleens iets in kunnen gaan betekenen, is de veronderstelling. Ook op de universiteit komt dat terug. Een van mijn vakken was het vak Informatiestudies, een vak over de mogelijkheden van ICT en internet voor communicatie - we hebben het over 1999. Er worden experimenten gedaan waaruit blijkt dat beslissingen in een anonieme setting met behulp van ICT, kwalitatief beter zijn dan beslissingen in een traditionele setting. De enorme impact van internet is op dat moment nog onvermoed.

De 100 dagen van Balkende IV

In 2007 de volgende grote mijlpaal. Het kabinet Balkenende IV treedt aan en trapt af met een 100-dagendialoog. Vanuit de overtuiging dat een regeerakkoord getoetst en gecomplementeerd in de samenleving tot beter beleid en meer betrokkenheid leidt.

De kabinetsleden gaan het land in, organiseren gesprekken, verzamelen input via internet en sluiten af met een grootschalige bijeenkomst in de RAI, met aan het einde van de avond een uitzending van Knevel & Van den Brink. Alleen al online worden meer dan 10.000 reacties verzameld.

Helaas ontstaan er al snel scheuren in de samenwerking tussen CDA en PvdA waardoor het niet lukt om de open houding naar de samenleving lang vast te houden. Interne perikelen zorgen dat de deuren dicht blijven.

In 2008 laat het kabinet trouwens nog optimistisch aan de Kamer weten dat draagvlak, dialoog en daadkracht hand-in-hand gaan. Ook nu een mooie leidraad voor een dialoog. Vooral de daadkracht komt nog weleens in de knel. We zien dat de politiek-bestuurlijke praktijk weerbarstig is. ‘Van buiten naar binnen’ lijkt weleens makkelijker dan ‘van binnen naar buiten’. Hoe maak je de samenleving deelgenoot van de ambtelijke dilemma’s? 

In deze periode verschijnen er ook tal van publicaties over hoe je een dialoog zou moeten en kunnen voeren. Het gebruik van internet is nog niet vanzelfsprekend bij dialogen en wordt onder de noemer e-participatie benoemd.

Ten slotte

Nu, in 2016, zijn we tal van dialogen verder. De ervaringen van de afgelopen jaren bieden houvast, maar nog steeds geen blauwdruk. Zal die er wel ooit komen? Ieder vraagstuk is uniek. En vraagt om een aanpak op maat. Sommige dilemma’s zijn er al 40 jaar.

Dit is een bewerkte vorm van de inleiding die Jonneke Stans op 24 november gaf op de bijeenkomst Bij EMMA over de Maatschappelijke Dialoog. Hier vind je een verslag van deze bijeenkomst. 

 

Gemaakt door
Foto van Jonneke Stans. Jonneke is een witte vrouw, heeft halflang blond haar en lichtbruine ogen. Ze heeft een rode jurk aan, maar door de uitsnede is alleen de bovenkant zichtbaar.

Jonneke Stans

altijd oog voor de praktijk - communicatiewetenschap - partner EMMA
Klimaat en Energie
Gelijke kansen en Gelijkwaardigheid