Heel lang geleden was er in het koninkrijk van koning leeuw Nobel een vos die alle perken te buitenging; diefstal, moord en verkrachting. Elk dier in het rijk beklaagde zich over de misdaden van de vos Reynaerde. Maar Reynaerde was slim en liet zich niet zomaar vangen. Op een dag werd hij toch gepakt en ter dood veroordeeld. Sommigen weten al hoe dit afloopt: met zijn mooie verhalen ontsprong hij de dans. En zo gaat het ook vaak met dierenverwaarlozing en – mishandeling: daders ontspringen de dans. Hierdoor laaide de discussie op: moet Nederland een speciale politie hebben voor het terugdringen van dierenmishandeling en -verwaarlozing, waarbij daders wél worden bestraft? 

Dit artikel is voor ons het startschot van een reeks artikelen over de dierenpolitie. In dit artikel wordt de positionering van dieren als rechtsobject en de komst van de dierenpolitie besproken. Tot slot kijken we naar de huidige stand van zaken: hoe ziet de dierenpolitie er nu in de praktijk uit?

Dieren als rechtsobject 

Heel lang geleden - Door de jaren heen hebben dieren verschillende posities ingenomen in de maatschappij. In de bijbel kregen dieren een ondergeschikte rol aan de mens. Zij dienden als nut en object, waarmee barmhartig en vriendelijk om moest worden gedaan. In de Middeleeuwen was het normaal dat dieren onder het strafrecht vielen. Er werd aangenomen dat dieren bewust waren van wat zij aanrichtten. Dieren kregen een eerlijk proces en werden bijgestaan door een advocaat. Varkens en honden konden gevangen worden gezet in afwachting van hun proces. Om een eerlijk proces te realiseren werden ze in de rechtszaal bijgestaan door een advocaat. Werden ze schuldig bevonden? Dan werden ze opgehangen aan de galg.

Minder lang geleden - Het debat over de morele status van de ziel van het dier komt in de 17e en 18e eeuw op gang. Het hebben van een ziel en de overeenkomstigheden die werden ontdekt met mensen vormden de grondslag voor het beschermen van dieren. Die ontdekkingen worden nog niet meegenomen in de Code Pénal (het Wetboek van Strafrecht) dat in 1811 in werking treedt. Dieren werden een object van eigendom, die geen rechtsbescherming genoten. In de loop der jaren kwam steeds meer aandacht voor de bescherming van dieren.  

Op dit moment - In ons huidige rechtstelsel worden dieren beschermd door het recht, maar ook gezien als objecten waarop eventueel eigendom uitgeoefend kan worden. Dit mag alleen binnen de kaders van de wet: er is een duidelijk verbod in de wet opgenomen op dierenmishandeling en –verwaarlozing (Wet Dieren). Het ontstaan van de Partij voor de Dieren (2002) en het toenemende dierenextremisme, laten zien dat het denkbeeld over de positie van dieren, hun rechten en de waarborging daarvan nog altijd veranderlijk is. Met de komst van de dierenpolitie wordt getracht dierenmishandeling en – verwaarlozing harder aan te pakken, en het recht van het dier op bescherming te waarborgen. 

De maximale gevangenisstraf voor het mishandelen of verwaarlozen van een dier is drie jaar of een maximale geldboete van €19.500. Op basis van artikel 14c, lid 2 sub 5 Sr kan de rechter bij een voorwaardelijke veroordeling als bijzondere voorwaarde het verbod op het houden van één of meer dieren stellen.

Ontstaan van de dierenpolitie

In het eerste kabinet-Rutte (2010-2012) krijgt de dierenpolitie haar eerste serieuze vorm. Er kwamen ambitieuze doelen in deze kabinetsperiode: 500 dierenpolitiemannen en –vrouwen, onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Justitie & Veiligheid (Janssen, 2019).  De PVV wordt gezien als de drijvende kracht achter deze trend: ‘Een puppy die wordt doodgetrapt, een schaap dat in de wei wordt geslacht of verkrachte paarden en pony’s, er zijn genoeg voorbeelden die een strenge en professionele aanpak rechtvaardigen’ (PVV, 2008).

Een goede zaak, zou je denken. Toch ontstaat de dierenpolitie in 2011 niet vlekkeloos. Er heerst verdeeldheid. Is de dierenpolitie niet gewoon een stokpaardje van de PVV? Is de scoop van de dierenpolitie wel breed genoeg? De Partij van de Dieren uitte haar kritiek dat de dierenpolitie zich enkel gaat richten op huisdieren en er weggekeken wordt bij het leed van landbouwdieren. En wie betaalt dat? Gaan de animal cops niet ten koste van het huidige aantal agenten dat er al is en blijven zeden- en geweldzaken nu liggen? Ook krijgt de dierenpolitie de spottende bijnaam van ‘caviapolitie’ van de Nationale Politiebond. 

En toen… liep alles toch even anders. Met het vallen van het kabinet Rutte I in 2012 worden de plannen deels teruggeschroefd, maar het noodnummer komt er wel: 144, red een dier. Het politiewerk voor dieren wordt voortaan naast het reguliere politiewerk uitgevoerd. (Janssen, 2016 & 2019).  

Hoe lopen de hazen nu?

Een echte dierenpolitie – alleen voor dieren en opererend naast de Nationale Politie – is er niet gekomen. Per 1 januari 2013 is in het inrichtingsplan van de Nationale Politie opgenomen dat dierenagenten de handhaving van dierenwelzijn als taakaccenthouders gaan uitvoeren. Dat houdt in dat gewone politieagenten zich naast hun reguliere politiewerk bezig gaan houden met dierenleed. Momenteel hebben 180 agenten een speciale focus op dieren; een heel contrast met de 500 voorgestelde dierenpolitiemensen in 2010 (Bureau Beke, 2016).

Negen jaar later blijft het schipperen wat betreft mankracht. Joop de Schepper, portefeuillehouder dierenpolitie bij de politie Noord-Nederland: ‘Het oorspronkelijke idee van 500 politiemensen die zich uitsluitend met dieren bezighouden is niet gehaald. Maar je ziet wel dat dierenmishandeling veel meer deel is geworden van het werk van alle politiemensen’. 

Dit artikel maakt deel van uit een EMMA-reeks ‘Dierenpolitie’. In deze reeks willen we aandacht schenken aan wat dieren en het thema Veiligheid en Criminaliteit samenbrengt. Dat doen we door artikelen te schrijven vanuit verschillende perspectieven, lees- en kijktips en andere interessante invalshoeken op dit onderwerp met jullie te delen. 

 

Gemaakt door
Foto van Sari Noordwest. Sari is een witte vrouw en draagt een donkergroene hijab. Ze heeft lichtblauwe ogen en draagt ook een bril. Verder heeft ze een roodkleurige trui aan.

Sari Noordwest

criminologe – diversiteitsomarmer – adviseur
Veiligheid en Criminaliteit