Er zijn van die onderwerpen die bij verkiezingen altijd belangrijk zijn, maar eigenlijk nooit urgent. Een van die onderwerpen is het energiebeleid. Altijd prominent in verschillende verkiezingsprogramma’s, weinig kiezers bepalen hun stem op de klimaatparagraaf van partijen. Om dezelfde reden staan stille rampen zelden op de voorpagina van de krant. Het schokgevoel is er niet.

Over een gebrek aan schokgevoel hebben ze in Groningen niets te klagen. Mede dankzij de inzet van Freek de Jonge hebben zo ongeveer alle partijen aangegeven minder gas te willen winnen. Voor het eerst werd de ramp die zich door de jaren heen in Groningen voltrok, voor ons allemaal zichtbaar. Tot dit moment moesten we het doen met panikerende presidenten van eilanden in de Stille Oceaan, die letterlijk bang zijn voor het zinken van hun eiland.

Partijen investeren in duurzame energie, waardoor we minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen

Vorige week buitelden partijen over elkaar heen om – met de doorrekeningen van het Centraal Plan Bureau in de hand, te laten zien dat hun verkiezingsprogramma leidt tot vermindering van de CO2-uitstoot. Partijen investeren in duurzame energie, waardoor we minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen. Duurzame energie is vaak lokaal opgewekt (maar dan zonder bodemverzakkingen als in Groningen) en leidt tot minder afhankelijkheid van oliestaten. Bovendien stoten we minder CO2 uit, en daarmee beperken we de klimaatverandering.

Schaarste aan CO2

Op min of meer hetzelfde moment als het CPB in Den Haag de doorrekeningen presenteerde, werd echter vijfhonderd kilometer verderop, in Straatsburg, een dikke middelvinger naar het klimaat opgestoken. Het Europees Parlement besloot om het ETS-systeem, dat regelt hoeveel CO2 binnen Europa maximaal mag worden uitgestoten, niet grondig te hervormen. Wat betekent dat de schaarste aan CO2-rechten ongeveer gelijk blijft, en daarmee de prijs op de uitstoot van CO2. In weerwil van wat er vorig jaar in Parijs is afgesproken. En waarmee het zo blijft dat als er in Nederland minder CO2 uitgestoten wordt, een ander land meer mag uitstoten. Een prachtig voorbeeld van een waterbed.

Energieneutrale wijk of stad

Terug naar Den Haag. Aan de vooravond van de verkiezingscampagne werd daar een boekje gepresenteerd door een alliantie van wetenschappers en andere mensen op het gebied van klimaat en energie. Zij beschrijven in een handzaam boekje tien casussen waarin bewoners zelf het heft in hand hebben genomen om hun dorp, wijk of stad energieneutraal te maken. Bewoners en bedrijven investeren, en profiteren daardoor ook van zonnepanelen of windmolens. Hun energierekening kan hierdoor namelijk duurzaam omlaag. En bovendien zijn het dit soort initiatieven die uiteindelijk leiden tot duurzame verandering van het systeem.

Een ‘dorpsmolen’ in het Friese Reduzum waar het hele dorp zo blij mee is? Mag niet

Wat opvalt in het boekje is dat deze initiatieven tegengewerkt worden door bestaande regelgeving. Een ‘dorpsmolen’ in het Friese Reduzum waar het hele dorp zo blij mee is? Mag niet, want we hebben bedacht dat windmolens niet in hun eentje in het landschap mogen staan. Kleine bedrijven die willen meedoen aan de Betuwse Energie Samenwerking? Mag niet, want in de speciale Experimentenregeling van het ministerie van Economische Zaken worden zakelijke gebruikers uitgesloten. En zo staat het boek bol van goede voorbeelden die gemakkelijk opgelost kunnen worden.

Tweemaal rendement

En waar het kan zoeken overheden al naar mogelijkheden om dit in de praktijk te brengen. Langs het Brabantse deel van de A16 zullen in de komende jaren windmolens verrijzen. Provincie en gemeenten hebben met projectontwikkelaars afspraken gemaakt dat 25 procent van de bouwrechten van ontwikkelaars worden afgegeven aan een lokale stichting die zorgt dat de revenuen ingezet worden voor de lokale energietransitie. De investering in een windmolen rendeert zo tweemaal. Eén keer voor de windmolen, en de tweede keer voor de energietransitie van de lokale gemeenschap. En passant levert het voor omwonenden nog een flinke besparing op de energierekening op.

Duurzame verandering

Wie het juiste voor heeft met het klimaat, doet er dus goed aan niet alleen naar de miljarden te kijken die partijen in hun verkiezingsprogramma investeren. Die investeringen zijn nodig, al is het maar om de druk op andere Europese landen te houden om te hervormen. Maar laten we niet vergeten dat we op lokaal niveau wel veel voor elkaar kunnen krijgen, zonder dat we daar Europa voor nodig hebben. En dat leidt uiteindelijk tot echt duurzame verandering in ons energiesysteem.

Op min of meer hetzelfde moment als het CPB in Den Haag de doorrekeningen presenteerde, werd echter vijfhonderd kilometer verderop, in Straatsburg, een dikke middelvinger naar het klimaat opgestoken

Gemaakt door
Foto van Reinout de Vries. Reinout is een witte man met kort krullend bruin haar, een kort donker baardje en blauwe ogen. Hij heeft een geruit lichtblauwe overhemd aan en een donkerblauwe colbert. Hij heeft ook een bril op.

Reinout de Vries

energietransitie - participatie - partner EMMA
Klimaat en Energie