In de afgelopen vijf jaar groeide het aantal buurtpreventieteams in Nederland enorm. Van 124 toen naar bijna 700 nu. Socioloog Vasco Lub onderzocht dit fenomeen en beschrijft zijn bevindingen in het rapport ‘De burger op wacht’. De aanwezigheid van buurtpreventie werkt positief op de veiligheidsbeleving van burgers. Maar Lub waarschuwt ook voor het risico op eigen rechter spelen. Op donderdag 30 juni vond de eerste EMMA Leest plaats waarin deze tegenstellingen werden besproken. De conclusie: “We moeten van buurtpreventie naar buurtbetrokkenheid”.

Aan de allereerste tafel van EMMA Leest zat een goede vertegenwoordiging van de partijen die betrokken zijn bij de opzet en het draaien van buurtpreventieteams: Vasco Lub (onderzoeker), Bas Munne (wijkagent Rotterdam Centrum), Eric Borst (wijkagent Spoorwijk), Jan Zuiderwijk (coördinator en lid nachtpreventie Laak), Rutger Vos (jongerenwerker Wassenaar en Voorschoten), Edwin van den Berg (Bestuursdienst Veiligheid, gemeente Den Haag), Mies Mikx (communicatieprofessional) en de EMMA Experts Eduard van Holst Pellekaan, Rob Witte en Laura Roos. EMMA is er trots op dat deze professionals aan zijn geschoven om het gesprek aan te gaan over een van de hot topics van deze tijd: het betrekken van burgers in het veiligheidsdomein.

Tegenstellingen

Uit het onderzoek van Lub blijkt dat er tegenstellingen zijn in de uitkomsten van buurtpreventie. Enerzijds positieve effecten op de veiligheidsbeleving van burgers, maar anderzijds ook de kans op eigenrichting door de teams. Overigens zitten ook in de effecten op de veiligheidsbeleving verschillen: burgers kunnen zich door de aanwezigheid van een team veiliger voelen, maar het kan ook juist onveiligheidsgevoelens aanwakkeren. Door burgers in een buurtpreventieteam te laten opereren gaat een machtscomponent meespelen die goed ingekaderd moet worden. Hier is voor de overheid een belangrijke rol weggelegd. “Buurtpreventieteams moeten mensen niet opvoeden, de buurtpreventieteams moeten zelf opgevoed worden”. De overheid moet ervoor waken dat zij niet teveel uit handen geeft en ‘overdraagt’ naar burgers; zij moet betrokken blijven. Deze kaders moeten voorkomen dat teams voor eigen rechter gaan spelen en zich meer macht en bevoegdheden toekennen dan dat ze daadwerkelijk hebben. Daarbij is het voor hen belangrijk om in het achterhoofd te houden dat een buurtpreventieteam niet persé de visie van de gehele wijk vertegenwoordigt.

'"jongeren" staat al snel synoniem voor "overlast"'

Bespreking met politiemensen aan de lunchtafel bij EMMA

Lokale context

De omstandigheden in een wijk spelen een belangrijke rol bij het opzetten en draaien van een buurtpreventieteam. Dit blijkt niet alleen uit het onderzoek van Lub, maar ook uit de verhalen van de mensen uit de praktijk. Factoren als cultuur en samenstelling van de wijk zijn aandachtspunten, maar ook de risico’s die teams potentieel kunnen lopen. Ook zijn verschillen te zien in het type wijk en de wijze waarop teams opereren. In heterogene stadswijken, zoals Laak, is te zien dat de teams meer op veiligheid in brede zin opereren. Ze letten niet alleen op verdachte situaties of kapot straatmeubilair, maar proberen ook de verbinding te zoeken met buurtbewoners door met hen het gesprek aan te gaan. In homogene wijken gaan teams meer rigide te werk. Daar staat ‘jongeren’ al snel synoniem voor ‘overlast’.

De toekomst van buurtpreventie

Het is de vraag of overal de noodzaak voor buurpreventieteams aanwezig is. Is bijvoorbeeld in Wassenaar een buurtpreventieteam wenselijk als er weinig problemen zijn? De aanwezigheid van een team moet bijdragen aan meer veiligheidsgevoel, maar kan ook het tegenovergestelde bereiken: dat mensen zich juist onveiliger gaan voelen. En hoe perk je de risico’s op eigenrichting in? Over de toekomst van buurtpreventie zijn de meningen verdeeld. Werkt het nu goed, dan is er geen reden ermee te stoppen. Maar bij nieuwe initiatieven blijft het noodzaak goed te kijken naar de omstandigheden en betrokkenen. En niet overal nieuwe teams, maar aansluiten waar mogelijk. Wel is iedereen het erover eens dat de inzet van de teams specifiek maatwerk blijft met een nadrukkelijk oog voor de rol van de overheid (die niet teveel achterover moet gaan leunen) en lokale contextuele factoren. Waar buurtpreventie over vijf jaar staat? Verdrongen door WhatsApp groepen? Of mist daarbij juist een belangrijke succesfactor, namelijk fysiek contact en netwerk binnen de wijk? De inzet op de verbreding van de focus van teams lijkt de toekomst: van buurtpreventie naar buurtbetrokkenheid. Het gaat hierbij om een team dat juist in bredere zin dan alleen veiligheid opereert. En bijvoorbeeld de verbinding zoekt met sociale wijkteams en burgers.

Politiemensen overleggen met burgers en experts bij EMMA

Over EMMA Leest

EMMA Leest is de maandelijkse kennislunch op donderdag van Bij EMMA. In een uur of anderhalf en met een lekker broodje voeren we een open verdiepend gesprek over een actualiteit aan de hand van een recent artikel, onderzoek of boek . Het gesprek wordt begeleid door twee experts van EMMA. Thema’s gaan altijd over onderwerpen waarover EMMA nadenkt, onderzoek doet en/of adviseert. Zoals energietransitie, veiligheid en stabiliteit, buurt en binding, zorg, vakmanschap en effectieve overheid. Deelnemers aan EMMA Leest zijn beleidsmakers, uitvoerders, onderzoekers, adviseurs en ervaringsdeskundigen. Men wordt actief uitgenodigd, maar je kunt je ook aanmelden! Kijk daarvoor in onze actuele agenda.
 
EMMA Leest is een programma van Bij EMMA, podium voor debat en inspiratie. Bij EMMA is onderdeel van EMMA – Experts in Media en Maatschappij in Den Haag.

Het rapport ‘De burger op wacht’ van Vasco Lub is hieronder te downloaden.

Download: de_burger_op_wacht.pdf

Gemaakt door
Foto van Eduard van Holst Pellekaan. Eduard is een man van kleur met golvend kort bruin haar en donkere ogen. Hij heeft een stoppelbaardje en draagt een witte trui.

Eduard van Holst Pellekaan

journalist – bladenmaker & websitebedenker
Ruimte en Wonen